Family Tree Collection | Main index A-Z | Total index | Names | Index places | Deventer v. 1.2 |
Family page |
Wolff Kalish, occupation: Koopman
to: Minna Weijl |
1) Frederika Martha Kalisch, alias: Friederika Martha Kalisch, Friderika Martha Kalisch
Married 29 Dec 1882 Dinxperlo to: Maurits Prins, alias: Mauritz Prins, birth 4 Nov 1840 Arnhem, died 1898 Dinxperlo, occupation: Spoorbeamte, tapijtfabrikant, son of Philip Liepman Prins and Mietje Schaap De vader van Maurits Prins dreef in Arnhem al een fabriek die door 3 zonen werd voortgezet in Arnhem, Amsterdam en Deventer . Maurits kwam als 13-jarige naar Deventer waar hij bij zijn vader een baan kreeg in diens tapijtfabriek. Maurits Prins had een tapijtwinkel op de Brink (nu 80) waar in de jaren '30 ook de showroom van de textielgroothandel Meijer Adelaar zat (nu le eg pand kinderkleding, links naast Sjampetter). De winkel heeft er vanaf ca. 1870 tot ca. 1912 gestaan. Hij had een tapijtfabriek aan het Pothoofd vanaf 1868. In juli 1868 staat er een advertentie in de Koerier Dat Maurits Prins een Tapijtweeveri j heeft opgerigt in Deventer. In de fabriek werd tapijt, zeildoek, cocosmatten, lopers, buitenlandse gordijnstoffen gemaakt. In het Deventer stadsarchief zijn bouwtekeningen van de fabriek te zien. Deze heeft hij overgenomen van de Wed. L.J. Prins (zie meer bij Liepman Prins). Hij woonde ook aan het Pothoofd. Hij had 88 werknemers. De 'BouclÔe'tapijten zijn voor het eer st in deze fabriek gemaakt. Prins zat in het bestuur van de kamer van Koophandel vanaf 1876. Hij kocht een stuk land in 1880 bij Dinxperlo/Suderwick en liet daar een fabriek bouwen, mede omdat daar van oudsher vele thuis(linnen)wevers te vinden waren. In dat jaar werden de ververij en droogloodsen verplaatst naar Dinxperlo, waar hij oo k naar toe verhuisde in 1882 met zijn gezin. Arbeiders uit Deventer gingen mee om daar te werken en kregen daar woningen. In 1885 is een 2e stoomtapijtfabriek gestart in Deventer; waarschijnlijk op de plek van de vml. Ford-garage op de Zwolseweg , t.o. de Kerkstraat (info Peet). In 1889 kocht hij weer een stuk grond ter uitbreiding. Het 1e jaar werkten er 19 volwassenen en 9 kinderen. In 1895 werd de 2e stoomtapijtfabriek gebouwd en de stoomweverij werd in 1897 uitgebreid. Vanaf 1912 hebb en zijn zonen de zaak overgenomen als vennoten in Deventer in Dinxperlo, de fabriek heette 'N.V. De Deventer Tapijtfabriek, v/h Maurits Prins' In 1916 werkten er 70 volwassenen, 18 jongens en 4 meisjes. In 1926 werkten er 120 personen. Klein e en Lange Mau werden in 1920 vennoten, waarbij Kleine Mau zich bezighield met administratie en Lange Mau met de techniek en commercie. Door de oorlog is het bedrijf aardig uit zijn verband gerukt, pas in 1957 draaide het bedrijf weer op volle toe ren. In januari 1987 viel definitief het doek en werd het bedrijf verkocht aan de Hollandse Tapijtindustrie te Alkmaar. In 1881 schenkt Maurits iets aan de synagoge, waarschijnlijk een afscheidskado omdat hij stopt als voorzitter en verhuisd naar Dinxperlo. Verslag daarover in NIW (zie documentatie). Maurits stuurde ingezonden bericht naar NIW (28-3-1879) waarin hij melding doet van een schenking door een katholiek in Deventer. Hij ziet dit als een teken van vermindering van de godsdiensthaat to andersdenkenden. De familie Prins heeft veel voor het fabriekspersoneel en voor Dinxperlo gedaan. Zo had hij van 1880-1940 sociale voorzieningen voor zijn eigen personeel, zoals ziekenzorg met een eigen verpleegster. In Dinxperlo is een straat naar hem genoemd , de Maurits Prinsstraat en in het gemeentemuseum hangt een gedenkplaat van personeel van de Tapijtfabriek en familie voor de vermoorde firmanten Maurits Philip en Maurits Prins en drie medewerkers die vielen als gevolg van de naziterreur. Maurits was voorzitter van de Joodse Gemeente van 1873 tot 1879 tot zijn verhuizing naar Dinxperlo. Het schijnt dat hij regelmatig afwezig was tijdens vergaderingen en dat daardoor de overige bestuursleden het niet zo erg vonden dat hij vertrok . Opgevolgd door S. Polak. |