Hermann Falkenstein

Deventer v. 1.2

Family page

Hermann Falkenstein, birth 24 OKT 1883 Hochneukirch, Duitsland, died 2 Jul 1943 Sobibor, Polen, occupation: Koopman, confectiebedrijf in Vlissingen, son of Salomon Falkenstein and Bertha Moses to:
Henriette Fuldauer, alias: Henni, Henny, birth 12 Apr 1888 Dinslaken, Duitsland, died 2 Jul 1943 Sobibor, Polen, daughter of Salomon Fuldauer and Lisette Wolfsheimer
http://www.stolpersteine-dinslaken.de/?q=node/18
FALKENSTEIN, HENRIETTE "HENNI" geb. FULDAUER

Geburtsdatum/Geburtsort: 12.4.1888/ Dinslaken

Familienstand: Verheiratet mit Hermann Falkenstein

Internierung: Am 18.6.1942 in Westerbork eingeliefert

Deportation: 29.6.1943 von Westerbork in das Vernichtungslager Sobibor

Todesdatum/Todesort: 2.7.1943 Vernichtungslager Sobibor

Opfergruppe: Jèudinnen und Juden

Staatsangehèorigekeit: Deutsch

Beruf: Hausfrau

Wohnort in Dinslaken: Weseler Str. 165 (1888-???)

Quellen: Bundesarchiv Gedenkbuch Online-Fassung vom 10.4.2013; Joods Monument Datenbank; Adressbuch Dinslaken 1935; Besuch ITS Bad Arolsen vom 12.9.2013, T/D Akten Korrespondenzakte Nr. 594300, ITS Digitales Archiv.
Huisgenoten: gezin Julius Simon en hun dochter Lieselotte.

Bijdragen '42 - '43 Eerste helft fiat. Maakt bezwaar tegen aanslag 2e helft op grond van financièele omstandigheden. (NIOD) Betaalt voor 42/43 11,75 (NIG nr. 54)

In het SAD komt Hermann niet als gezinshoofd voor op de gezinskaarten. Hun namen komen voor op een politielijst van eind augustus van dat jaar. (SAD, Politiearchief nr. 843, doos 502)

De Joodse Raad, afdeling Emigratie, stuurt op 27-3-42 bericht naar Deventer dat Herman I. Falkenstein zich op 11 mei met zijn vrouw om 11.30 uur moet melden. (NIG nr. 84)

Hermann en Henriette, afkomstig uit Recklinghausen. Zij waren al in mei 1937 vanuit Dortmund naar Deventer gekomen. Zij woonden al op Brinkgreverweg 89 voordat het gezin Simon daar zelf is gaan wonen. Eind december '38 vertrokken zij naar Vlissing en, waar ze een damesconfectiezaak begonnen. In 1942 werden zij door de bezetter gedwongen hun winkel te sluiten. Ze trokken in bij hun dochter in Deventer, de stad waar zij later onderdoken. In 1943 werd hun onderduikadres verraden.

http://db.yadvashem.org/righteous/family.shtmll?language=en&itemId=5855056

Meinema FAMILY
Meinema Henk (1912 - 1976 )
Meinema Mimi (1907 - 1967 ), WIFE

Rescue Story

Meinema, Henk
Meinema-Wrusch, Mimi

In 1939, Hermann Falkenstein (b. 24.10.1888) fled Germany to the Netherlands and settled in Roermond (prov. Limburg). That same year, he married Henriette Fuldauer (b. 12.4.1888), also originally from Germany.
In August 1942, the Falkensteins, now with their infant son Emil-Hans, who was born in September 1941, were expecting orders to report at the local railway station, as a first step to leave for æwork in the East&Aelig;. Not waiting for the day to arrive , they packed up and left for Henriette&Aelig;s parents in Amsterdam. Some days later, on August 25, 1942, the Dutch police came to the Falkenstein home, intending to arrest them but no one was there.
The Falkensteins were able to locate hiding places for themselves as well as another one for their son Emil-Hans. At the beginning of 1943, Emil-Hans was taken to Henk and Mimi Meinema in the city, a childless couple in their thirties. Henk wa s a window dresser. They lived in a blue-collar neighborhood on the second floor of an apartment building, with neighbors all around. Taking in a Jewish child involved a big personal risk. The sudden appearance of a toddler was luckily not questio ned by the neighbors. Henk and Mimi accepted the boy with much love. As Emil-Hans&Aelig; name sounded too German, they called him Eddy. Eddy in turn called Henk and Mimi Meinema, æmama&Aelig; and æpapa&Aelig; and considered them his own parents. It was arranged wit h Eddy&Aelig;s real parents, who were in hiding close-by, that they could visit, but only when the curtains in the Meinemas&Aelig; apartment were not drawn open. Once during such a planned visit, they were arrested and immediately deported to Sobibor, wher e they were murdered in July 1943.
Eddy stayed on with the Meinemas until the liberation in May 1945.
After the war, the Meinemas were ready to adopt Eddy, but a surviving aunt and uncle asked to raise him. The separation from the Meinemas was an extremely traumatic experience for Eddy. He missed them tremendously and could not get used to the ne w environment with his aunt and uncle. He was subsequently sent to an orphanage and contact with the Meinemas was lost. At the age of 20, however, Eddy returned to live with the Meinemas and then kept in close contact with them until their deaths.

On October 26, 2008, Yad Vashem recognized Henk Meinema and Mimi Meinema-Wrunch as Righteous Among the Nations.

http://www.steinheim-institut.de/cgi-bin/epidat?sel=e19&function=Ins&jahrv=1912
1883 wurde Salomons Sohn Hermann geboren, der wie seine Brèuder als Soldat im Ersten Weltkrieg diente. Der Kaufmann lebte in Recklinghausen, wo er auch dem Gemeindevorstand angehèorte. 1934 zog er mit seiner Frau Henni geb. Fuldauer aus Dinslake n und den drei Kindern Hilde (geb. 1911), Liselotte (geb. 1914) und Rolf (geb. 1917) nach Dortmund, 1937 fluechteten sie sich in die Niederlande, von wo Hermann Falkenstein und seine Frau 1943 nach Sobibor deportiert und ermordet wurden. Seine Kin der konnten rechtzeitig emigrieren.

1) Hilde Falkenstein, birth 1911, died 1940 Zuid-Afrika (Spaanse griep)

2) Lieselotte Falkenstein PRIVACY FILTER Place (family): Deventer, Kleine Overstraat 30, Brinkgreverweg 89, Grote Overstraat 71, Arnold Moonenstraat 1, Den Haag to:
Julius Simon, birth 22 Apr 1906 Arnhem, died 1989 Den Haag, occupation: Directeur Twentol (smeerolie- en vettenindustrie), Rotterdam, hoofd verkoop op kantoor Gulf Oil, son of Mozes Simon and Ida Hirsch
Gift '38 12,-
Actie juli '40 100,-
Actie '41 vlgs. Richtlijnen 100,-
Bijdragen '42 - '43 100,- + 8,33 voor 1942/43 (NIG nr. 54)

Julius Simon was blijkens het adressenboek van 1938/'39 directeur van Twentol. In Deventer in 1931. Haar nijverheid (p. 128-129) wordt ook de Smeerolie-industrie 'Twentol' besproken onder de subtitel 'Oprichting en bloei'. Er staan twee foto's bi j van het fabrieksterrein en de gebouwen en opslagtank. De fabriek lag aan de Zutphenseweg vlakbij de sluizen (?). In 1928 werd de 'Twentsche Oliehandel' opgericht aan de Kleine Poot. Toen het pand aldaar te klein werd, verhuisde men naar Brin k 46 en 47 met de daarachter gelegen pakhuizen. In nov. 1929 vond de verhuizing naar het nieuwe terrein plaats, gunstig gelegen bij de havens en ten opzichte van spoor- en tramverbindingen. Twentol levert naast smeerolièen teerproducten. Twento l maakt gebruik van de raffinaderijen Gulf Refining Company en Canfield Oil Company. Voor de laatste treedt Twentol op als agente voor haar automobiel- en tractorolièen. Een eigen laboratorium zorgt voor scheikundige controles.

Julius Simon heeft een behoorlijke welstand bereikt, gezien zijn bijdrage van 100,- aan de armenkas (1940) van de Joodse Gemeente en aan de Joodse Raad (1942). Blijkens de gegevens van de Joodse Raad voor Amsterdam woonde hij in dec. 1942 no g in Deventer. Samen met Lobstein en Spanier zat Simon na 14 januari 1943 in een bestuurscommissie van de twee joodse ziekenhuisjes in Deventer, daartoe aangewezen door de politieautoriteiten, die ook weer in opdracht handelden (Van Baalen p. 16 6 / SAD arch. NIG nr. 26 onder 14 febr. 1943).

Julius Simon verzorgde pakketten voor Westerbork; soms stuurde hij meer dan tweehonderd pakketten per week. Hij leerde de Hillesums kennen toen de politie hem vroeg te assisteren bij hun verhuizing naar Amsterdam. Op 26 juni 1943 schrijft Etty aa n Christine van Nooten: 'Vanochtend kwam een zeer welkom pakket van Simon.' (Etty, Nagelaten geschriften, p. 645, 795) En op 1 juli is Etty bang dat er geen brieven meer verstuurd mogen worden, alleen korte bevestigingen of telegrammen. 'Za l ik nu b.v. met je afspreken: boek = boter; schrift = jam; = vulpeninkt = roggebrood; veters= fruit. (Als het een keer zover komt, dat ik zulke telegrammen verstuur, dan stel jij je wel met Simon in verbinding, ja?) (Ibidem p. 653) En op 8 juli : 'PrivÔe-pakjes uit de provincie mogen we niet eens per briefkaart bedanken, hoorde ik. Als ik aan Simon schrijf: pakket ontvangen, dan bedoel ik pakket J.R., schrijf ik pakketje, dan bedoel ik jou, hoewel ik, wat de omvang betreft, het beter omg ekeerd had kunnen doen.' (Ibidem p. 667) Op 1 sept. 1943 schrijft Etty aan Christine van Nooten dat Simon geen pakketten meer hoeft te sturen aan de familie Frank: ze zijn al gedeporteerd. (zie onder Abraham Jacob Frank) 'En wil je hem bedanken vo or zorgvuldige verpakking en verzending van vele goede aardse zaken. Wij spreken wensen uit en jullie vervullen ze.' (ibidem p. 698)

Na de oorlog nam Julius Simon zitting in de kerkenraad van de Joodse Gemeente (vanaf 1949?) (Van Baalen p. 193).
Andere huisgenoten
De ouders van Lieselotte: Hermann Falkenstein en Henriette Fuldauer

Lid Commissie voor Sociale Zorg en Regeling Uitzending Joodse Raad Dev. Geb. 22-4-06. Gezin: vr. Lieselotte Falkenstein (6-1-14), zns. Marcel (28-8-35) en Reinold (9-6-38). In februari 1943 blijkt hij door de politie-autoriteiten te zijn benoem d tot hoofd van het joodse ziekenhuisje in Deventer.

Familie is ondergedoken. Zonen Marcel en Reinold waren in 1943 ondergedoken - apart van hun ouders - in Hulst, Zeeuws Vlaanderen. Daarna met ouders naar Geneve Zwitserland gevlucht met hulp van de organisatie van Visser 't Hooft. In 8-45 weer teru g in Deventer komen wonen. Vader werkte bij Gulf Oil, heeft hem zelfs de gehele oorlog nog gewoon salaris doorbetaald..

3) Rolf Falkenstein PRIVACY FILTER

Main index A-Z